Voor deze hele week geef ik jullie een gedicht mee, geschreven door een Haarlemse dichter en gezongen door een Haarlemse zanger.
Haarlem wordt ook wel de Spaarnestad genoemd, vanwege het mooie Spaarne, dat er door heen stroomt.
Van Spaarndam tot aan de ringvaart bij de Cruquius. Een rivier dwars door de stad.
Lennart Nijgh (1945-2002) heeft er een lied op gemaakt.
Het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt voorbij.
Voorbij de stad waar niets meer wordt geladen,
er liggen voor de waag geen schepen meer.
Ze varen door want de bolders en de kaden
hebben plaatsgemaakt voor het verkeer.
Het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt voorbij.
Zoals het steeds voorbij zal blijven stromen.
Het water gaat, wat blijft is de rivier.
En wat er ook voor andere tijden komen,
hij stroomt voorbij en blijft toch altijd hier.
Het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt,
het Spaarne stroomt voorbij.
Voorbij de brug, voorbij de laatste huizen,
voorbij de werven en het stoomgemaal.
Het Spaarne stroomt, maar niet voorbij de sluizen,
het eindigt naamloos in een zijkanaal.
Lennart Nijgh
Lennart Nijgh
.f
.