's Ochtends vroeg is ze al bij de tandarts.
Hij kan niets doen, omdat het een week of zes duurt voor het kaakbeen is aangegroeid.
Gelukkig maar, want ze heeft helemaal geen zin in gepruts in haar mond. Sterker nog... ze is er zelfs een beetje panisch voor.
Ze staat op uit de stoel, zonder dat hij iets heeft hoeven doen.
Opgelucht fietst ze naar de IKEA. Daar ligt een paar gordijnen op haar te wachten.
Maar eerst even ontbijten. Haar maag knort...
In het restaurant zitten tien mensen. Het is een groepje geestelijk gehandicapten met twee begeleiders. Die zitten daar heerlijk te ontbijten. De sfeer is goed. Er wordt veel gelachen en geaaid.
Het tovert een glimlach om haar mond.
Die glimlach gaat er niet meer van af.
Bij de kassa laat een vriendelijke man haar voorgaan: ze kijkt in twee mooie blauwe ogen. Is dat niet Ronald Jan Heyn?
Wat haar treft is de warmte die uit die ogen straalt.
Terwijl hij haar helemaal niet kent.
Onderweg naar huis regent het. Een zachte warme regen.
De glimlach wijkt de gehele dag niet van haar gezicht.
Snap jij het?
Er gebeurt helemaal niets en ze voelt zich er zo warm en vol door.
.