.
Meneer Aap hoort de telefoon gaan.
Hij glijdt langs de trapleuning naar beneden en slingert zich via de deurpost naar het luid rinkelende apparaat.
"Ja met mij" zegt hij. Hij vindt het leuk om zo op te nemen en moet er steeds om gniffelen. "Ja met mij..." gniffel de gniffel... Soms springt hij tegelijkertijd boven op de tafel, maar zijn vriendin vindt dat niet fris...
"Ja met mij" zegt hij nog een keer, want aan de andere kant blijft het zo stil.
Eindelijk wordt er iets gezegd. Het is de egelopvang. Of hij zijn tuin al op orde heeft en een tweeling egeltjes kan herbergen.
Dat is nou jammer. De tuin is nog lang niet klaar. Egels kunnen nu nog steeds zo de straat op rennen en overreden worden... Dat wil hij niet op zijn geweten hebben.
Dus hij moet de mevrouw van de egelopvang helaas teleurstellen. Maar ze is niet voor één gat te vangen.
"Mag ik u dan wat anders vragen? Er is een klein tijgertje dat tijdelijk onderdak nodig heeft. Het beestje is nog geen half jaar oud en we zoeken een warm en gezellig thuis voor ongeveer twee maanden"...
Nu is het aan de kant van meneer Aap stil.
Dit had hij niet verwacht. Een kleine tijger. Hij laat de woorden door zijn hersenen rollen: een kleine tijger.
En voor hij er erg in heeft zegt hij: "Ja! Leuk... graag!" en krijgt hij instructies voor het verzorgen van de babytijger, die de volgende dag al gebracht wordt.
Het is een prachtig tijgertje met een zachte schone vacht en meneer Aap is op staande voet verliefd op dit mooie beestje.
"Mijn vriendje, mijn kleine vriendje, mijn kleine lieve vriendje..."
Meer krijgt hij er het eerste uur niet uit.
Het kleine tijgertje voelt zich meteen op z'n gemak bij meneer Aap. Het bijt zachtjes in diens oren en het laat zich lekker vervoeren, hoog op de schouders van zijn dolgelukkige gastheer, die hem voor alle zekerheid toch met één hand vasthoudt. Je weet maar nooit, hoewel... ook tijgertjes komen altijd op hun pootjes terecht.
Meneer Aap is op zoek naar een naam voor zijn kleine vriendje. Er warrelen allerlei leuke namen over zijn lippen, maar het tijgertje reageert nergens op.
Het wil alleen maar spelen en al die namen interesseren hem helemaal niets.
Tot meneer Aap "Silver... Silvertje..." roept.
Het tijgertje komt meteen aangerend en springt boven op meneer Aap, die alleen maar breed kan lachen van geluk...
Mijn Silvertje...
© Marlou Witzel